Uitspraak
PROCESVERLOOP
P.C.P. Veldman.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om de weigering van een Wajong-uitkering aan appellant, die zijn aanvraag zeer laat heeft ingediend. De Centrale Raad van Beroep heeft op 30 november 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Limburg. Appellant, geboren in 1969, diende zijn aanvraag voor een Wajong-uitkering in op 13 november 2019, maar kon geen medische gegevens over zijn situatie in 1986/1987 overleggen. Het Uwv had eerder al geweigerd om de aanvraag in behandeling te nemen, omdat er onvoldoende medische informatie beschikbaar was over de relevante periode. De rechtbank had het beroep van appellant ongegrond verklaard, wat appellant niet accepteerde en daarom hoger beroep instelde.
Tijdens de zitting op 19 oktober 2023 was appellant niet aanwezig, maar het Uwv werd vertegenwoordigd. De Raad oordeelde dat het Uwv terecht had geweigerd de Wajong-uitkering toe te kennen, omdat appellant niet kon aantonen dat hij op zijn zeventiende/achttiende jaar aan de criteria voldeed. De Raad volgde de rechtbank in haar oordeel dat het bewijsrisico bij appellant ligt, vooral gezien de laattijdige aanvraag. De Raad concludeerde dat de medische situatie van appellant in de relevante periode niet kon worden vastgesteld, wat leidde tot de bevestiging van de eerdere uitspraak. Appellant kreeg geen proceskostenvergoeding en het betaalde griffierecht werd niet teruggegeven.