ECLI:NL:CRVB:2023:1821
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om omzetting prestatiebeurs in een gift op basis van medische omstandigheden
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 september 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De zaak betreft een verzoek van appellante om haar prestatiebeurs voor het hoger onderwijs om te zetten in een gift, omdat zij stelt dat zij door medische omstandigheden niet in staat was om haar opleiding tijdig af te ronden. De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap had dit verzoek afgewezen, omdat er geen verklaring van de onderwijsinstelling was die het verzoek ondersteunde. De minister had wel een medisch adviseur ingeschakeld die concludeerde dat er geen structurele medische omstandigheden waren die het niet behalen van het afsluitend examen direct veroorzaakten.
Appellante heeft in hoger beroep aangevoerd dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat de minister op het advies van zijn medisch adviseur mocht afgaan. Tijdens de zitting heeft appellante nieuwe medische informatie overgelegd, maar de Raad oordeelde dat de adviezen van de medisch adviseur zorgvuldig waren en dat er geen aanleiding was om een onafhankelijke deskundige in te schakelen. De Raad concludeerde dat niet is komen vast te staan dat het niet tijdig behalen van het examen direct veroorzaakt is door structurele medische omstandigheden. De uitspraak van de rechtbank is bevestigd, en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.