ECLI:NL:CRVB:2022:613
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake financiële hulp bij aanschaf auto voor militair met PTSS
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 maart 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De appellant, een voormalig militair, had verzocht om financiële hulp bij de aanschaf van een auto, omdat hij vanwege zijn dienstverbandaandoening, een posttraumatische stressstoornis (PTSS), afhankelijk zou zijn van een auto voor al zijn vervoer. De rechtbank had eerder geoordeeld dat niet was gebleken dat de appellant voor al zijn vervoer afhankelijk was van een auto en dat de staatssecretaris van Defensie in redelijkheid had kunnen besluiten om de aanvraag af te wijzen.
Tijdens de zitting erkende de appellant dat de beperkingen voortvloeiend uit de PTSS niet zouden leiden tot het toekennen van de gevraagde voorziening. De appellant voerde echter aan dat de verzekeringsarts Ankersmit aanwijzingen had gevonden voor een psychotisch toestandsbeeld, wat volgens hem aanleiding had moeten geven voor nader medisch onderzoek. De Raad oordeelde dat dit betoog niet slaagde, omdat de staatssecretaris geen dienstverband voor deze beperkingen had aanvaard en de resultaten van een eventueel nader onderzoek ver verwijderd lagen van de peildatum.
De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het hoger beroep niet slaagde. De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.