ECLI:NL:CRVB:2022:1524
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- E.J.J.M. Weyers
- C. Karman
- M.A.M. Kools -de Vries
- Rechtspraak.nl
Beëindiging WIA-uitkering na verzekeringsgeneeskundig onderzoek en arbeidsongeschiktheidsevaluatie
In deze zaak gaat het om de beëindiging van de WIA-uitkering van appellante, die tot 9 februari 2009 als productiemedewerker werkte. Na een ziekmelding in 2010 ontving zij een loongerelateerde WGA-uitkering, maar in 2019 meldde zij een verslechtering van haar gezondheid. Het Uwv beëindigde haar uitkering per 11 september 2019, omdat zij niet meer als volledig arbeidsongeschikt werd beschouwd. Appellante ging in beroep tegen deze beslissing, maar de rechtbank verklaarde haar beroep ongegrond. In hoger beroep voerde appellante aan dat er onvoldoende onderzoek was gedaan naar haar medische situatie en dat haar beperkingen niet goed waren ingeschat. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat het Uwv terecht de WIA-uitkering had beëindigd. De verzekeringsarts had voldoende informatie om de beperkingen vast te stellen en er was geen reden om aan de juistheid van het medisch oordeel te twijfelen. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de gronden van appellante in hoger beroep niet opgingen.