Uitspraak
18.4701 WIA
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van de schade in de vorm van wettelijke rente af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft appellant op 19 april 2017 een WIA-uitkering aangevraagd, waarbij hij stelt dat hij sinds 2006 arbeidsongeschikt is. De aanvraag werd als laattijdig beschouwd, aangezien de wachttijd van 104 weken voor de Wet WIA niet was doorlopen. De rechtbank heeft geoordeeld dat het medisch onderzoek door de verzekeringsarts bezwaar en beroep zorgvuldig is uitgevoerd en dat er geen reden is om te twijfelen aan de conclusies van deze arts. Appellant heeft geen medisch objectiveerbare gegevens kunnen overleggen die zijn stelling ondersteunen dat hij in 2006 de wachttijd heeft doorlopen. De rechtbank heeft de eerdere uitspraak bevestigd, waarbij het verzoek om vergoeding van wettelijke rente werd afgewezen. In hoger beroep heeft appellant aangevoerd dat hij al sinds 1988 lijdt aan complexe psychische klachten, maar de Raad oordeelt dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep geen nieuwe medische feiten heeft aangetroffen die de eerdere conclusies zouden kunnen ondermijnen. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het verzoek om schadevergoeding af.