Uitspraak
20.37 PW
OVERWEGINGEN
23 januari 2019 geconcludeerd dat appellant tijdelijk geen arbeidsvermogen heeft, dat de verwachting bestaat dat appellant bij gerichte therapie/begeleiding over ongeveer twee jaar wellicht wel arbeidsvermogen kan ontwikkelen en dat gezien het karakter en de ernst van de medische problematiek het entameren van participatieactiviteiten voorlopig niet aan de orde is.
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep tegen het besluit van 27 februari 2019 gegrond en vernietigt dat besluit;
- draagt het college op een nieuwe beslissing op de bezwaren te nemen met inachtneming van deze uitspraak en bepaalt dat beroep tegen dit besluit slechts bij de Raad kan worden ingesteld;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade af;
- veroordeelt het college in de proceskosten van appellanten tot een bedrag van € 1.496-;
- bepaalt dat het college aan appellanten het in hoger beroep betaalde griffierecht van € 131,- vergoedt.