Uitspraak
20.2099 AKW
OVERWEGINGEN
.Haar functie is ‘administrative assistent’ en appellante is ‘staffmember’.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 20 mei 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de herziening van de kinderbijslag van appellante, die werkzaam was voor een volkenrechtelijke organisatie, het Special Tribunal for Lebanon (STL). Appellante ontving kinderbijslag voor haar zoon, maar werd in de periode in geding uitgesloten van de verplichte verzekering voor de Nederlandse volksverzekeringen, waardoor zij niet verzekerd was voor de Algemene Kinderbijslagwet (AKW). De Sociale verzekeringsbank (Svb) had de herziening van de kinderbijslag met terugwerkende kracht doorgevoerd, omdat appellante had kunnen weten dat haar werkzaamheden invloed hadden op haar recht op kinderbijslag. De rechtbank had het beroep van appellante tegen het besluit van de Svb ongegrond verklaard, wat in hoger beroep werd bevestigd door de Raad.
De Raad oordeelde dat de Svb op goede gronden had kunnen besluiten dat appellante niet als verzekerde voor de AKW kon worden aangemerkt, omdat STL was aangewezen als volkenrechtelijke organisatie. De Raad benadrukte dat het sociaal verzekeringsstelsel van STL vergelijkbaar was met het Nederlandse stelsel, ondanks de stellingen van appellante dat dit niet het geval was. De Raad concludeerde dat er geen dringende redenen waren om van herziening met terugwerkende kracht af te zien, en dat appellante had moeten begrijpen dat zij ten onrechte kinderbijslag ontving. De uitspraak bevestigde de eerdere beslissing van de rechtbank en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.