ECLI:NL:CRVB:2020:785
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake recht op dubbele kinderbijslag en AKW+ bedrag
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 26 maart 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De appellant ontving dubbele kinderbijslag op basis van de Algemene Kinderbijslagwet (AKW) voor zijn zoon, die thuiswonend is en intensieve zorg nodig heeft. De Svb had appellant in 2016 geïnformeerd dat hij een nieuw CIZ-advies moest aanvragen om in aanmerking te komen voor dubbele kinderbijslag. Appellant heeft echter geen bezwaar gemaakt tegen het besluit van de Svb dat zijn recht op dubbele kinderbijslag was beëindigd. In 2017 diende hij opnieuw een aanvraag in, maar de Svb verklaarde dat hij geen recht had op het AKW+ bedrag voor 2016, omdat hij niet over het hele jaar dubbele kinderbijslag had ontvangen. De rechtbank heeft het beroep van appellant ongegrond verklaard, wat door de Centrale Raad van Beroep werd bevestigd. De Raad oordeelde dat appellant niet aan de vereisten voor het verkrijgen van het AKW+ bedrag voldeed en dat er geen dringende redenen waren om van terugvordering van het ten onrechte uitgekeerde voorschot af te zien. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken.