ECLI:NL:CRVB:2020:565

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
5 maart 2020
Publicatiedatum
5 maart 2020
Zaaknummer
18/4738 AW-R
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Ambtenarenrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rectificatie van eerdere uitspraak inzake griffierecht en proceskostenvergoeding in bestuursrechtelijke zaak

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 5 maart 2020 uitspraak gedaan over de rectificatie van een eerdere uitspraak van 31 oktober 2019. De zaak betreft een geschil tussen een betrokkene en het college van bestuur van de Stichting Zaan Primair voor Openbaar en (Voortgezet) Speciaal Onderwijs. De Raad heeft vastgesteld dat er een misslag was in de eerdere uitspraak, waarbij onterecht een griffierecht van € 508,- aan het college was opgelegd. De Raad heeft op 9 januari 2020 aan de partijen bericht dat hij voornemens was de uitspraak te rectificeren. Het college heeft aangegeven akkoord te gaan met het vervallen van het griffierecht, maar heeft verzocht om de proceskostenvergoeding niet te laten vervallen. De Raad heeft echter verduidelijkt dat de toegekende proceskostenvergoeding niet betrekking heeft op de kosten die de betrokkene heeft gemaakt voor de behandeling van het bezwaar, maar op de kosten van rechtsbijstand in hoger beroep. De Raad heeft besloten de misslag te herstellen door de bepaling over het griffierecht uit de eerdere uitspraak te verwijderen. De gerectificeerde uitspraak zal worden gepubliceerd op rechtspraak.nl.

Uitspraak

18/4738 AW-R, 18/5549 AW-R
Datum uitspraak: 5 maart 2020
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de Raad van 31 oktober 2019, 18/4738 AW, 18/5549 AW
Partijen:
[betrokkene] te [woonplaats] (betrokkene)
het college van bestuur van de Stichting Zaan Primair voor Openbaar en (Voortgezet) Speciaal Onderwijs (college)
PROCESVERLOOP
De beslissing van de uitspraak van de Raad van 31 oktober 2019, 18/4738 en 18/5549 bevat een misslag. In de uitspraak wordt van het college onterecht een griffierecht van € 508,- geheven.
De Raad heeft bij brief van 9 januari 2020 bericht aan partijen voornemens te zijn de uitspraak van 31 oktober 2019 te rectificeren.
Namens college is hierop gereageerd. Betrokkene heeft niet gereageerd.

OVERWEGINGEN

1. Het college heeft te kennen gegeven het eens te zijn met het vervallen van het griffierecht, maar verzoekt tevens de proceskostenvergoeding weg te laten.
2. Anders dan namens het college is gesuggereerd, betreft de toegekende proceskostenvergoeding niet de kosten die de betrokkene in verband met de behandeling van het bezwaar redelijkerwijs heeft moeten maken, maar de proceskosten van betrokkene voor verleende rechtsbijstand in hoger beroep. Daarbij heeft de Raad twee punten toegekend in verband met het insturen van een schriftelijke zienswijze en het verschijnen ter zitting in verband met het door het college ingestelde incidenteel hoger beroep.
3. De Raad zal de hiervoor genoemde misslag herstellen door de uitspraak van 31 oktober 2019 te rectificeren in de zin dat de bepaling over het griffierecht wordt weggehaald.
4. Aan deze uitspraak tot rectificatie is een gerectificeerd exemplaar van de oorspronkelijke uitspraak gehecht. De gerectificeerde uitspraak zal worden gepubliceerd op rechtspraak.nl.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep rectificeert zijn uitspraak van 31 oktober 2019 als in de overwegingen is weergegeven.
Deze uitspraak is gedaan door C.H. Bangma als voorzitter en H. Benek en K.H. Sanders als leden, in tegenwoordigheid van R.I.S. van Haaren als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 5 maart 2020.
(getekend) C.H. Bangma
(getekend) R.I.S. van Haaren