Uitspraak
18.3562 PW-PV
mr. S.V.A.Y. Dassen-Vranken en haar zwager, [naam zwager appellante]. Eveneens is via videobellen verschenen mr. M.F. Sturmans, als vertegenwoordiger van de Svb.
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- veroordeelt de Staat der Nederlanden (minister van Justitie en Veiligheid) tot betaling aan appellante van een vergoeding van schade tot een bedrag van € 500,-;
- veroordeelt de Staat der Nederlanden (minister van Justitie en Veiligheid) in de proceskosten van betrokkene tot een bedrag van € 525,-;
- veroordeelt de Staat der Nederlanden (minister van Justitie en Veiligheid) tot betaling van het door appellante in hoger beroep betaalde griffierecht van € 126,-.
5 september 2016, niet met L een gezamenlijke huishouding voerde, als bedoeld in artikel 3, derde lid, van de PW. Zij stelt dat niet is voldaan aan het hiervoor vereiste criterium van wederzijdse zorg. Subsidiair heeft appellante aangevoerd dat L zorgbehoeftig was. Volgens appellante is daarom de uitzondering op de gelijkstelling van ongehuwden die een gezamenlijke huishouding voeren met gehuwden, zoals is neergelegd in artikel 3, tweede lid, aanhef en onder a, van de PW, van toepassing.
OV-begeleiderskaart heeft gekregen, is niet toereikend om die te onderbouwen. Er is dan ook geen toereikende grond voor de conclusie dat L zorgbehoeftig was in de hier bedoelde zin.