Uitspraak
19.4090 WAO
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- wijst het verzoek om herziening af;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 31 augustus 2020 uitspraak gedaan op een herzieningsverzoek van verzoeker, die eerder in een procedure tegen het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) had verloren. Verzoeker had verzocht om herziening van de uitspraak van de Raad van 4 juni 2009, waarin zijn beroep tegen een besluit van het Uwv ongegrond was verklaard. Het herzieningsverzoek was gebaseerd op vier stukken die verzoeker had ingediend, maar de Raad oordeelde dat deze stukken geen nieuwe feiten of omstandigheden bevatten die voldeden aan de strikte voorwaarden van artikel 8:119, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad concludeerde dat verzoeker geen feiten of omstandigheden had aangedragen die voor de uitspraak van 4 juni 2009 niet bekend waren en die tot een andere uitspraak hadden kunnen leiden. Daarom werd het herzieningsverzoek afgewezen.
Daarnaast had verzoeker ook verzocht om schadevergoeding, maar dit verzoek werd eveneens afgewezen. De Raad oordeelde dat het verzoek om schadevergoeding niet van toepassing was op het bijzondere rechtsmiddel van herziening, zoals vastgelegd in artikel 8:119, tweede lid, van de Awb. De uitspraak werd gedaan door J. Brand, met E.M. Welling als griffier, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.