Uitspraak
17.4396 WAO-T
OVERWEGINGEN
.Naar aanleiding van deze melding is appellante onderzocht op het spreekuur van een verzekeringsarts van het Uwv. Deze arts heeft in een rapport van
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om de herziening van de WAO-uitkering van appellante, die sinds 1988 een uitkering ontvangt op basis van arbeidsongeschiktheid. Appellante heeft in 2012 een melding gemaakt van verslechtering van haar gezondheid, met een toename van klachten aan nek, arm, rug en schouders, evenals psychische klachten. Het Uwv heeft echter geweigerd de uitkering te herzien, wat leidde tot een procedure bij de Centrale Raad van Beroep. De Raad heeft in eerdere uitspraken vastgesteld dat er geen toename van beperkingen was ten opzichte van de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van 14 juli 2006. In deze tussenuitspraak wordt het standpunt van de verzekeringsarts bezwaar en beroep gevolgd, dat per 1 januari 2012 geen toename van beperkingen door buikklachten, osteoporose, fibromyalgie en hypothyreoïdie kan worden vastgesteld. Echter, de Raad oordeelt dat de psychische klachten en rugklachten wel degelijk verzekerde klachten zijn en dat er onvoldoende onderbouwing is voor de conclusie dat appellante per 1 januari 2012 geen toegenomen beperkingen heeft ten opzichte van de eerdere FML. De Raad draagt het Uwv op om het gebrek in het bestreden besluit te herstellen en een nieuwe FML op te stellen, rekening houdend met de toegenomen beperkingen door psychische klachten en rugklachten.