ECLI:NL:CRVB:2019:945
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.N.A. Bootsma
- J.J.A. Kooijman
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake medeterugvordering IOAW-uitkering en disciplinaire maatregel ontslag
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen de uitspraken van de rechtbank Noord-Nederland met betrekking tot de medeterugvordering van een IOAW-uitkering en een disciplinaire maatregel van ontslag. Appellante, werkzaam bij de gemeente Leeuwarden, heeft een relatie gehad met X en samen gewoond. Het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden concludeerde na onderzoek dat appellante en X een gezamenlijke huishouding voerden, wat niet was gemeld bij de uitkeringsinstantie. Dit leidde tot de intrekking van de IOAW-uitkering van X en een terugvordering van € 84.888,83. Appellante werd ook disciplinair ontslagen wegens plichtsverzuim, omdat zij had nagelaten de gezamenlijke huishouding te melden op uitkeringsformulieren. De Centrale Raad van Beroep bevestigde de eerdere uitspraken van de rechtbank en oordeelde dat het college bevoegd was tot medeterugvordering en dat het ontslag niet onevenredig was. De Raad oordeelde dat appellante niet aannemelijk had gemaakt dat zij onder druk van X had gehandeld en dat haar gedrag de integriteit van de gemeente in gevaar had gebracht. De Raad veroordeelde het college tot vergoeding van proceskosten aan appellante.