Uitspraak
17.7738 WAO, 17/7739 WAO
OVERWEGINGEN
WAO-uitkering van appellant teruggevorderd. Bij besluit van eveneens 21 september 2015 heeft het Uwv appellant een boete opgelegd van € 690,- omdat hij niet heeft voldaan aan de verplichting tot het geven van de nodige inlichtingen door zijn inkomsten niet te melden.
(…)
5. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over de hoogte van de bestuurlijke boete.
mitior-beginsel echter met zich mee dat de boetes moeten worden vastgesteld op € 409,59 voor appellante en € 685,51 voor appellant.
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak voor zover daarbij de beroepen, voor zover gericht tegen de opgelegde boetes, ongegrond zijn verklaard;
- verklaart de beroepen tegen de besluiten van 15 december 2016, voor zover gericht tegen de opgelegde boetes, gegrond en vernietigt deze besluiten voor zover de hoogte van de boetes zijn gehandhaafd op € 410,- voor appellante en € 690,- voor appellant;
- herroept de boetebesluiten van 18 en 21 september 2015 voor zover het gaat om de daarin genoemde bedragen;
- stelt de bedragen van de boetes vast op € 409,59 voor appellante en € 685,51 voor appellant en bepaalt dat deze uitspraak in zoverre in de plaats treedt van de besluiten van 15 december 2016;
- veroordeelt het Uwv in de proceskosten van appellanten tot een bedrag van € 1.024,-;
- bepaalt dat het Uwv aan appellanten het betaalde griffierecht in hoger beroep € 124,- vergoedt;
- bevestigt de aangevallen uitspraak voor het overige.