Uitspraak
17.6550 WIA
16 augustus 2017, 17/1243 (aangevallen uitspraak)
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 16 mei 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De appellant, die zich op 10 september 2014 ziek meldde wegens psychische klachten, had een loongerelateerde WGA-uitkering ontvangen van het Uwv per 7 september 2016. Het Uwv concludeerde dat de appellant volledig arbeidsongeschikt was, maar niet duurzaam, en verleende daarom geen IVA-uitkering. De rechtbank oordeelde dat het Uwv toereikend had gemotiveerd dat er geen sprake was van duurzame arbeidsongeschiktheid.
In hoger beroep voerde de appellant aan dat hij volledig en duurzaam arbeidsongeschikt was, met ernstige psychiatrische klachten en een ongunstige prognose. Het Uwv verdedigde de eerdere uitspraak. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de medische beoordeling van het Uwv zorgvuldig was en dat de verwachting van herstel van de appellant op de datum in geding, 7 september 2016, niet onjuist was. De Raad onderschreef de overwegingen van de rechtbank en concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde.
De uitspraak bevestigde de eerdere beslissing van de rechtbank, waarbij werd vastgesteld dat de appellant geen recht had op een IVA-uitkering, omdat zijn arbeidsongeschiktheid niet duurzaam was. De Raad besloot dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.