ECLI:NL:CRVB:2018:808
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- O.L.H.W.I. Korte
- W.F. Claessens
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Schending van medewerkingsverplichting bij onderzoek naar AIO-aanvulling en de rol van het CIN-nummer
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam, waarin de Sociale Verzekeringsbank (Svb) het recht op AIO-aanvulling van appellanten heeft opgeschort en ingetrokken. De appellanten, die bijstand ontvingen op basis van de Participatiewet (PW), weigerden hun Carte d’Identité Nationale (CIN-nummer) te verstrekken, wat de Svb noodzakelijk achtte voor het uitvoeren van onderzoek naar hun vermogen in Marokko. De Raad voor de Rechtspraak oordeelt dat het CIN-nummer op zichzelf geen gegeven is dat van invloed kan zijn op het recht op AIO-aanvulling, maar dat de appellanten wel degelijk een medewerkingsverplichting hebben geschonden door het niet verstrekken van dit nummer. De Svb was bevoegd om het recht op AIO-aanvulling op te schorten en in te trekken, omdat appellanten onvoldoende hebben meegewerkt aan het onderzoek. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en stelt dat er geen strijd is met het recht op privéleven of met het discriminatieverbod. De beslissing van de Svb wordt als rechtmatig beschouwd, en de appellanten worden verweten dat zij niet hebben meegewerkt aan het onderzoek.