ECLI:NL:CRVB:2018:807
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- O.L.H.W.I. Korte
- W.F. Claessens
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake recht op AIO-aanvulling en inlichtingenverplichting met betrekking tot CIN-nummers
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, waarin de Sociale Verzekeringsbank (Svb) het recht op AIO-aanvulling van appellanten heeft opgeschort en ingetrokken. Appellanten, die bijstand ontvingen op basis van de Participatiewet (PW), hebben geweigerd hun Carte d’Identité Nationale (CIN-nummer) te verstrekken, wat de Svb noodzakelijk achtte voor het uitvoeren van een onderzoek naar hun vermogen in Marokko. De Raad voor de Rechtspraak oordeelt dat het CIN-nummer op zichzelf geen gegeven is dat van invloed kan zijn op het recht op AIO-aanvulling, maar dat de appellanten wel degelijk een medewerkingsverplichting hebben geschonden door het niet verstrekken van dit nummer. De Svb was bevoegd om het recht op AIO-aanvulling op te schorten en in te trekken, omdat appellanten onvoldoende hebben meegewerkt aan het onderzoek. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en stelt dat appellanten geen rechtvaardiging hebben voor hun weigering om het CIN-nummer te verstrekken, aangezien dit nummer essentieel is voor de verificatie van hun gegevens in Marokko. De uitspraak benadrukt de verplichtingen van bijstandsontvangers om relevante informatie te verstrekken en de bevoegdheden van de Svb om onderzoek te doen naar de rechtmatigheid van bijstandsverlening.