ECLI:NL:CRVB:2018:3540
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Toepassing van de kostendelersnorm en het vertrouwensbeginsel in het bestuursrecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 13 november 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De appellant, die sinds 20 mei 2008 bijstand ontvangt op basis van de Participatiewet (PW), had zijn bijstandsuitkering zien verlagen door het dagelijks bestuur van ISD Noordenkwartier. Dit gebeurde op basis van de kostendelersnorm, die van toepassing is wanneer meerdere meerderjarige personen in dezelfde woning verblijven. De appellant betoogde dat hij een commerciële huurprijs betaalde voor zijn kamer, en dat de kostendelersnorm daarom niet op hem van toepassing zou zijn. De Raad oordeelde echter dat de appellant niet voldoende bewijs had geleverd om aan te tonen dat hij daadwerkelijk een commerciële huurprijs betaalde. De overgelegde kwitanties waren niet overtuigend en er ontbraken objectieve gegevens zoals bankafschriften.
Daarnaast deed de appellant een beroep op het vertrouwensbeginsel, stellende dat hij jarenlang zonder problemen bijstand had ontvangen en erop vertrouwde dat dit zo zou blijven. De Raad oordeelde dat er geen uitdrukkelijke toezeggingen waren gedaan door het dagelijks bestuur die de appellant gerechtvaardigde verwachtingen hadden gewekt. De Raad bevestigde dat het dagelijks bestuur terecht had gehandeld door de kostendelersnorm toe te passen, en dat het hoger beroep van de appellant niet slaagde. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.