ECLI:NL:CRVB:2018:3339
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- B.J. van de Griend
- K.J. Kraan
- H. Lagas
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag om toekenning van arrangement C op basis van de Tijdelijke regeling overstap naar een niet SB-functie
Op 25 oktober 2018 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak van appellant tegen de Minister van Justitie en Veiligheid. Appellant, die sinds 1987 werkzaam was in een substantieel bezwarende functie, had een aanvraag ingediend voor toekenning van arrangement C, een loopbaanpremie, op basis van de Tijdelijke regeling overstap naar een niet SB-functie. De minister had deze aanvraag afgewezen, omdat appellant niet voldeed aan de voorwaarden van artikel 3a van de Tijdelijke regeling, die vereist dat er binnen zes maanden na aanwijzing als verplichte VWNW-kandidaat eervol ontslag wordt verleend. De rechtbank Midden-Nederland had het beroep van appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard.
In hoger beroep heeft de Raad de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de aanvraag van appellant niet voldeed aan de voorwaarden van de Tijdelijke regeling. De Raad oordeelde dat de tekst van artikel 3a duidelijk was en dat er geen grond was voor een ruimere uitleg. Appellant had geen eervol ontslag gekregen, wat een vereiste was om in aanmerking te komen voor arrangement C. Het beroep op het gelijkheidsbeginsel werd verworpen, omdat de door appellant aangehaalde gevallen niet vergelijkbaar waren met zijn situatie.
De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het hoger beroep van appellant niet slaagde. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd, en de uitspraak werd openbaar gedaan op 25 oktober 2018.