ECLI:NL:CRVB:2018:2403
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtmatigheid van bijstandsverlening en inlichtingenverplichting
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 juli 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Holland. De zaak betreft de rechtmatigheid van de bijstandsverlening aan appellanten, die in hoger beroep zijn gegaan tegen de intrekking van hun bijstand door het college van burgemeester en wethouders van Purmerend. De sociale recherche had een onderzoek verricht naar de rechtmatigheid van de aan appellanten verstrekte bijstand, wat leidde tot de conclusie dat appellanten de inlichtingenverplichting hadden geschonden. Dit resulteerde in de intrekking van de bijstand met terugwerkende kracht en een terugvordering van een aanzienlijk bedrag aan bijstandsuitkeringen. De rechtbank had het beroep van appellanten ongegrond verklaard, en appellanten hebben in hoger beroep herhaald dat hun recht op bijstand wel vast te stellen zou zijn en dat zij voldeden aan het criterium 'geen zicht op inkomensverbetering'. De Centrale Raad van Beroep oordeelde echter dat de hoger beroepsgronden niet voldoende waren onderbouwd en bevestigde de uitspraak van de rechtbank. De Raad concludeerde dat de onderzoeksresultaten een toereikende basis boden voor de conclusie dat het inkomsten- en uitgavenpatroon van appellanten niet overeenkwam met de verstrekte bijstand, en dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.