4.4.3.Appellanten zijn op 29 april 2015 ieder tweemaal door de sociale recherche gehoord.
In de verslagen van de verhoren van appellante is onder andere het volgende opgenomen:
"Het enige wat ik kan zeggen is dat [appellant/B] de ene week elke dag bij mij was en de andere week wat minder. [appellant/B] en ik zijn al 10 jaar bevriend met elkaar, hebben een relatie, maar het is niet zo dat wij continu bij elkaar wonen. [appellant/B] is wel vaak bij mij, dat klopt, maar (…) hij heeft ook een eigen huis.
(…)
Van augustus vorig jaar tot februari dit jaar was [appellant/B] ziek en om die reden veel bij mij. [appellant/B] zat tegen een burn-out aan en ik vond het niet verstandig om hem alleen te laten toen
(…)
In maart 2015 was [appellant/B] ook veel bij u.
Ja, ook toen was hij veel bij mij, dat klopt.
(…)
Ik ben op 2 juni vorig jaar geopereerd en daarna is [appellant/B] vaker bij mij gekomen, dat had ik misschien toen moeten doorgeven aan de sociale dienst. Ik zie samenwoning als een situatie dat je alles samen deelt, maar dat is niet zo.
(…)
Op 28 mei 2010 heb ik (…) mijn eerste herniaoperatie ondergaan, ik heb toen in totaal zo’n twee maanden in het ziekenhuis gelegen, ik denk dat ik eind juni, begin juli toen uit het ziekenhuis ben gekomen.
(…)
U confronteert mij met de verklaring van [appellant/B], dat hij na de herniaoperatie bij mij is gaan wonen.
Dat klopt wel wat [appellant/B] zegt, maar hij is niet gebleven. Ik denk dat hij toen, in 2010, maximaal twee maanden bij mij is gebleven. Nu achteraf zeg ik dat ik dat bij jullie had moeten melden, maar ik heb er niet bij stil gestaan. Ik had hulp nodig toen en die kreeg ik van [appellant/B].”
“ Van welk adres vertrekt [appellant/B] iedere ochtend naar z’n werk?
Over het algemeen van mijn adres.
(…)
Welke spullen van [appellant/B] staan in uw woning?
Een Acer-computer en kleding van hem (…) ook scheergerei, tandenborstel dat soort dingen. En veel bierblikken. [appellant/B] drinkt bijna elke dag. Vroeger deed [appellant/B] ook wel klusjes in de woning, onder andere het behangen van de muren en het plaatsen van de kachel. Maar dat was vroeger meer dan nu.
Heeft u vroeger bij [appellant/B] op de Jaarsveldstraat gewoond?
(…)
We zijn pas bij elkaar gaan wonen vanaf de zomer van 2010, na mijn hernia-operatie. Ik heb het u al verteld, dat was op mijn adres."
In de processen-verbaal van de verhoren van appellant is onder andere het volgende opgenomen: "Wanneer hebben jullie besloten samen te gaan wonen?
Ik moet goed nadenken. Ik meen sinds een jaar of drie. Zij heeft zware operaties ondergaan. Daarbij is iets misgegaan. Zij had verzorging nodig. Dat ben ik gaan doen.
(…)
De hernia heeft alles veranderd. Toen dat eenmaal was gebeurt toen ben ik bij [appellante/A] gaan wonen omdat zij hulp nodig had. Zij kon echt niet alleen zijn omdat ze niets kon."
(…)
Het is begonnen met een paar dagen in de week. Dat is later gegroeid naar het volledig verblijf.
(…)
Vóór die tijd woonde zij bij mij, maar niet constant. Ik zie het als logeren.
(…)
U verklaart dat u het merendeel van de tijd bij [appellante/A] verblijft. Waarom heeft u zich niet laten inschrijven op haar adres?
Ik wilde mijn eigen huis behouden als een soort veilige haven.”
" Eerder spraken wij met u over uw lage waterverbruik op het adres [adres 2]. Wat is uw verklaring daarover?
Meer dan doortrekken doe ik niet in die woning. Ik drink geen leidingwater. Daar komt het door, denk ik. Het klopt wel dat ik heel weinig in die woning verblijf. Dat is al het geval sinds [appellante/A] hulp nodig had. Dat moet dan zijn geweest vanaf 2010, de eerste operatie.
(…)
Welke persoonlijke zaken staan er op de Jaarsveldstraat?
Er staat een pc, een tv, kleding en verder heb ik niet zoveel.
Welke persoonlijke zaken liggen er in de Van der Berghstraat?
Mijn werkkleding voor een deel, verzekeringspapieren, hypotheekpapieren ook voor een deel. [appellante/A] doet mijn boekhouding dus daarom liggen er wel papieren van mij bij haar.
(..)
[appellante/A] verklaarde dat zij op 28 mei 2010 voor het eerst geopereerd werd. Zegt die datum u iets?
Niet echt, het zou zomaar 2008 of 2012 kunnen zijn. Maar als zij dat zegt dan zal het wel kloppen.
(…)
Sinds bovengenoemde datum ben ik overwegend bij [appellante/A]. Ik heb wel mijn eigen huis, maar daar kom ik niet zoveel. Wij zorgen voor elkaar qua huishouden maar ook qua gezondheid. Na de volgende operaties was de zorg zelfs intensiever. Als u zegt dat ik het merendeel van de week bij [appellante/A] woon dan klopt dat wel.”