ECLI:NL:CRVB:2017:4454
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Toekenning van nabetalingen en compensatie in roostervrije tijd aan brandweermedewerkers
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 21 december 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen eerdere uitspraken van de rechtbank Oost-Brabant. De appellanten, werkzaam bij de brandweer Zuid-Limburg, hebben verzocht om toekenning van nabetalingen en compensatie in roostervrije tijd, conform een eerdere uitspraak van de Raad van 28 november 2013. De verzoeken van de appellanten waren gebaseerd op de stelling dat zij te veel uren hadden gewerkt in de periode van 1 juni 2004 tot en met 31 mei 2006. Het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Zuid-Limburg had deze verzoeken buiten behandeling gelaten, met het argument dat de appellanten onredelijk lang hadden gewacht met het indienen van hun verzoeken. De Raad oordeelde echter dat het dagelijks bestuur deze verzoeken niet terzijde had mogen leggen en dat de appellanten binnen vijf jaar, gerekend vanaf hun stuitingsbrieven uit mei 2009, om toekenning hadden verzocht. De Raad vernietigde de eerdere uitspraken en de besluiten van het dagelijks bestuur, en kende de appellanten de gevraagde nabetalingen en compensatie toe, conform de eerdere uitspraak van 28 november 2013. Tevens werd het dagelijks bestuur veroordeeld in de proceskosten van de appellanten.