ECLI:NL:CRVB:2017:3924

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
10 november 2017
Publicatiedatum
13 november 2017
Zaaknummer
14/1132 WIA-R
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rectificatie van proceskosten in WIA-zaak

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 10 november 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep met zaaknummer 14/1132 WIA-R. De uitspraak betreft een rectificatie van een eerdere uitspraak van 14 juli 2017, waarin een onjuist bedrag aan proceskosten was vermeld. De Raad heeft vastgesteld dat er in de procedure twee zittingen hebben plaatsgevonden, maar dat er slechts één procespunt was berekend. Dit leidde tot een onjuist bedrag van € 496,- dat in de eerdere uitspraak was gehanteerd, terwijl dit € 495,- had moeten zijn. De Raad heeft partijen in de gelegenheid gesteld om schriftelijk te reageren op de voorgenomen rectificatie, maar er is geen reactie ontvangen binnen de gestelde termijn van vier weken. Hierdoor ging de Raad ervan uit dat er geen bezwaren waren tegen de rectificatie.

De Raad heeft de uitspraak van 14 juli 2017 gewijzigd en het Uwv veroordeeld in de proceskosten van appellant, die zijn begroot op € 990,- in beroep en € 1485,- in hoger beroep, wat een totaalbedrag van € 2475,- oplevert. De gewijzigde bepaling in de beslissing is als volgt geformuleerd: 'Veroordeelt het Uwv in de proceskosten van appellant tot een bedrag van € 2475,-.' De uitspraak is gedaan door de voorzitter J.P.M. Zeijen en de leden R.E. Bakker en L. Koper, in aanwezigheid van griffier R.L. Rijnen, en is openbaar uitgesproken op 10 november 2017.

Uitspraak

14/1132 WIA-R
Datum uitspraak: 10 november 2017
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de Raad van 14 juli 2017, 14/1132 WIA
Partijen:
[Appellant] te [woonplaats] (appellant)
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)
[Werkgever] te [vestigingsplaats]
de Staat der Nederlanden, Ministerie van Veiligheid en Justitie
PROCESVERLOOP
De Raad heeft, na hier door mr. K.U.J. Hopman, gemachtigde van appellant,
bij brief van 15 augustus 2017 op te zijn gewezen, vastgesteld dat in overweging 7 van de uitspraak en in de beslissing van de uitspraak van 14 juli 2017, 14/1132 WIA een onjuist bedrag aan proceskosten staat vermeld. Er zijn in deze procedure namelijk tweemaal zittingen bij de Raad geweest en is er daardoor 1 procespunt te weinig berekend. Tevens is ten onrechte als procespunt een bedrag van € 496,- gehanteerd, dit had moeten zijn € 495,-.
De Raad heeft daarin aanleiding gezien partijen in de gelegenheid te stellen zich schriftelijk uit te laten over een rectificatie van de uitspraak. Dit is bij brief van 14 september 2017 aan deze partijen meegedeeld.
Partijen hebben niet gereageerd binnen de in de brief van 14 september 2017 gestelde termijn van vier weken, in verband waarmee de Raad, naar in die brief is vermeld, ervan uitgaat dat bij partijen geen bezwaren bestaan tegen de voorgenomen rectificatie.

OVERWEGINGEN

De Raad wijzigt de uitspraak van 14 juli 2017, 14/1132 WIA als volgt.
Overweging 7 dient te gaan luiden:
7. Aanleiding bestaat om het Uwv te veroordelen in de proceskosten van appellant in beroep en hoger beroep. Deze kosten worden begroot op € 990,- in beroep en € 1485,- in hoger beroep, totaal 2475,-
De zevende bepaling in de beslissing wordt dan:
- Veroordeelt het Uwv in de proceskosten van appellant tot een bedrag van € 2475,-.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep rectificeert de uitspraak 14/1132 WIA als in de overwegingen is weergegeven.
Deze uitspraak is gedaan door J.P.M. Zeijen als voorzitter en R.E. Bakker en L. Koper als leden, in tegenwoordigheid van R.L. Rijnen als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 10 november 2017.
(getekend) J.P.M. Zeijen
(getekend) R.L. Rijnen

KS