Uitspraak
OVERWEGINGEN
19 januari 2016, ECLI:NL:RBDHA:2016:423, is vernietigd voor zover het (rechtstreeks) beroep tegen het koninklijk besluit van 22 september 2015, waarbij aan appellant met ingang van 14 september 2015 ontslag is verleend wegens wangedrag op grond van artikel 39, tweede lid, aanhef en onder l, van het Algemeen militair ambtenarenreglement, ongegrond is verklaard. De Kroon is opgedragen een beslissing te nemen op het bezwaar van appellant tegen dat besluit en daarbij is, met toepassing van artikel 8:113, tweede lid, van de Awb, bepaald dat tegen het nieuwe besluit slechts bij de Raad beroep kan worden ingesteld. De uitspraak van de rechtbank, voor zover aangevochten, is voor het overige bevestigd. Verder blijkt uit de uitspraak van de Raad dat partijen ter zitting afspraken hebben gemaakt en overeenstemming hebben bereikt over het onderdeel van het hoger beroep dat betrekking heeft op de nabetaling van het salaris over de periode van 1 april 2014 tot 1 april 2015. Vanwege die overeenstemming heeft de Raad overwogen dat de op de nabetaling gerichte beroepsgronden geen bespreking meer behoeven.
niet-ontvankelijk.