ECLI:NL:CRVB:2017:2740
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om loskoppeling van het inkomen van de vader bij de vaststelling van de aanvullende beurs
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 2 augustus 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. Appellante had een verzoek ingediend bij de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap om bij de vaststelling van de aanvullende beurs geen rekening te houden met het inkomen van haar vader, vanwege een ernstig en structureel conflict tussen hen. De minister had dit verzoek afgewezen, omdat er volgens hem niet voldoende bewijs was van de conflicteis zoals voorgeschreven in de Wet studiefinanciering 2000.
De rechtbank had het beroep van appellante tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, omdat appellante niet had aangetoond dat er sprake was van een ernstig en structureel conflict met haar vader, zoals vereist door de wet. In hoger beroep heeft appellante nieuwe gegevens en een verklaring van haar huisarts overgelegd, maar de Raad oordeelde dat de situatie niet voldeed aan de strikte eisen voor loskoppeling. De Raad concludeerde dat, hoewel de relatie tussen appellante en haar vader verstoord was, er geen voldoende bijkomende omstandigheden waren die loskoppeling rechtvaardigden.
De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak benadrukt het belang van voldoende bewijs voor de conflicteis in gevallen van loskoppeling van het inkomen van ouders bij studiefinanciering.