ECLI:NL:CRVB:2017:2585
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake recht op uitkering op grond van de Ziektewet na beëindiging arbeidsovereenkomst
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland, waarin werd geoordeeld dat appellant geen recht heeft op een uitkering op grond van de Ziektewet (ZW). De Centrale Raad van Beroep heeft op 26 juli 2017 uitspraak gedaan. Appellant had laatstelijk op 18 december 2014 gewerkt en stelde dat hij zich per 14 januari 2015 ziek had gemeld. Het Uwv had echter vastgesteld dat de verzekering voor de ZW eindigde op 18 december 2014 en dat appellant niet binnen vier weken na afloop van deze verzekering ziek was geworden. De rechtbank oordeelde dat appellant niet had aangetoond dat zijn arbeidsovereenkomst na 18 december 2014 was voortgezet en dat hij zich niet tijdig ziek had gemeld. In hoger beroep herhaalde appellant zijn stellingen, maar de Raad oordeelde dat het Uwv terecht had aangenomen dat de arbeidsovereenkomst was geëindigd en dat de ziekmelding op 28 januari 2015 correct was. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen recht op een ZW-uitkering was.