ECLI:NL:CRVB:2017:243
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Toepassing van de kostendelersnorm op verhuurder en onderhuurder in het kader van bijstandsverlening
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan op de hoger beroepen van appellanten tegen de uitspraken van de rechtbank Amsterdam. De appellanten, een echtpaar dat bijstand ontvangt op basis van de Participatiewet, zijn in geschil over de toepassing van de kostendelersnorm. Appellante ontvangt bijstand als alleenstaande ouder, terwijl appellant als onderhuurder een kamer huurt van appellante. Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam heeft de bijstandsuitkeringen van appellanten verlaagd op basis van de kostendelersnorm, omdat zij samen met meerderjarige personen in dezelfde woning wonen. Appellanten betwisten deze verlaging en stellen dat er sprake is van een commerciële onderhuurrelatie, wat zou betekenen dat de kostendelersnorm niet van toepassing is. De Raad heeft vastgesteld dat appellanten niet hebben aangetoond dat er een commerciële huurprijs wordt betaald voor de onderhuurde kamer. De door appellant betaalde huurprijs staat niet in verhouding tot de totale woonlasten van de woning en is niet periodiek aangepast. De Raad concludeert dat de kostendelersnorm terecht is toegepast en bevestigt de eerdere uitspraken van de rechtbank.