Uitspraak
19 januari 2016, 15/2168 (aangevallen uitspraak)
OVERWEGINGEN
28 september 2016 overgelegd. Dit houdt onder meer in, dat een medewerker die geplaatst wordt op een functie binnen het vakgebied Beveiliging, waar uitsluitend sprake is van werkzaamheden in het kader van arrestantenverzorging, arrestantenvervoer en/of toezicht en beveiliging van objecten en die geen afgeronde initiële politieopleiding heeft, aangesteld wordt en blijft als ambtenaar voor de uitvoering van technische administratieve en andere taken ten dienste van de politie (de zogenoemde AT-medewerker).
AT-aanstelling die een plaatsing krijgen op een executieve functie en die niet voldoen aan de eisen voor een aanstelling als ambtenaar voor de uitvoering van de politietaak. Voor die groep ambtenaren zijn regelingen getroffen om hun aanstelling bij de politie te kunnen laten doorlopen ondanks de gewijzigde omstandigheden ten gevolge van de reorganisatie. Deze regels vormen de bevestiging dat het niet de bedoeling is (geweest) om de LFNP-operatie tot een wijziging in de aard van de aanstelling te laten leiden en daarbij ook nog afbreuk te doen aan de aanstellingseisen voor politieambtenaren.