Uitspraak
23 april 2015, 14/5389 (aangevallen uitspraak)
mr. M.J.H.H. Fuchs.
OVERWEGINGEN
10 december 2013 is. Hieraan ligt ten grondslag een rapport van de verzekeringsarts bezwaar en beroep van 10 juli 2014. Voorts heeft het Uwv het standpunt over de werking van de Verordening herhaald.
10 juli 2014 geconcludeerd dat er geen medische gegevens aanwezig zijn op grond waarvan een eerdere arbeidsongeschiktheidsdag dan 10 december 2013 moet worden aangenomen. Zij heeft daarbij betrokken dat appellant vanaf 2008 niet onder curatieve behandeling is geweest en op 9 december 2013 voor het eerst bij zijn huisarts is geweest, die hem heeft doorverwezen naar specialisten in verband met een slecht ingestelde diabetes mellitis en schouder- en armklachten. Er is geen aanleiding om aan deze conclusie te twijfelen.
1 maart 2012 tot en met 31 december 2013 – en dus ook op de datum in geding
10 december 2013 – Arbeitslosengeld II ontving. Op grond van het ontvangen van dat Arbeitslosengeld II was appellant, blijkens het betreffende formulier, niet verzekerd voor ‘alle Rentenarten’. Wel vervulde hij op dat moment zogenoemde gelijkgestelde tijdvakken, maar volgens de toelichting bij het betreffende formulier zijn die gelijkgestelde tijdvakken alleen relevant voor de aanspraak op ‘vorzeitige Altersrenten für Langzeitversicherte’. Dat appellant op basis daarvan verzekerd was tegen het risico van arbeidsongeschiktheid is niet gebleken.