ECLI:NL:CRVB:2017:1219

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
15 maart 2017
Publicatiedatum
31 maart 2017
Zaaknummer
15/5860 WIA-PV
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Proces-verbaal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang in WIA-PV-zaak

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 15 maart 2017 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 14 juli 2015. De zaak betreft een WIA-PV (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen - Persoonsgebonden Verzekering). De Centrale Raad heeft het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard, omdat er geen procesbelang aanwezig was. Appellante had in deze procedure het maximale financiële resultaat bereikt dat zij kon behalen, en er was geen mogelijkheid voor een gunstiger resultaat. De Raad oordeelde dat het door appellante gestelde belang in de toekomst eventueel aan de orde kan komen, maar dat dit niet betekent dat er nu sprake is van procesbelang. De uitspraak is gedaan in het openbaar en is gebaseerd op vaste rechtspraak over de vereisten voor ontvankelijkheid in hoger beroep.

Uitspraak

15/5860 WIA-PV
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 14 juli 2015, 14/3763 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[Appellante] te [woonplaats] (appellante)
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)
Datum uitspraak: 15 maart 2017
Zitting hebben: mr. H.G. Rottier (voorzitter), mr. A.I. van der Kris, mr. E. Dijt
Griffier: I.G.A.H. Toma
Ter zitting zijn verschenen: [Appellante] en haar gemachtigde mr. C.J.M.M. Verwijmeren

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk.
Deze beslissing is uitgesproken in het openbaar. Zij is gebaseerd op de volgende overwegingen:
Volgens vaste rechtspraak is voor ontvankelijkheid vereist dat er een procesbelang is. Appellante heeft in deze zaak het maximale financiële resultaat bereikt wat zij zou kunnen bereiken. Een gunstiger resultaat kan niet worden behaald. Het door appellante gestelde belang kan zich eventueel in de toekomst voordoen. In dat geval kan daar op dat moment over worden geprocedeerd. Feiten die op dit moment worden vastgesteld, kunnen dan aan de orde worden gesteld. Dat in de toekomst zou worden geprocedeerd over feiten die ook nu aan de orde zouden kunnen worden gesteld, brengt niet mee dat nu sprake is van een procesbelang.
Omdat er geen procesbelang is, wordt het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
(getekend) I.G.A.H. Toma (getekend) H.G. Rottier

NW