Uitspraak
OVERWEGINGEN
Bij de aangevallen uitspraak is het beroep tegen bestreden besluit 1 en bestreden besluit 2 ongegrond verklaard. De rechtbank heeft geoordeeld dat het bezwaar tegen de beoordeling terecht niet-ontvankelijk is verklaard. De rechtbank heeft ten aanzien van het ongeschiktheidsontslag geoordeeld dat uit het dossier voldoende concrete gedragingen blijken op grond waarvan het college tot de conclusie mocht komen dat appellant ongeschikt is voor zijn functie. De rechtbank heeft daarbij betrokken dat over de periode van 2005 tot en met 2012 vele gesprekken met appellant zijn gevoerd, afspraken zijn gemaakt en beoordelingen zijn opgemaakt die telkens hetzelfde beeld laten zien, namelijk dat van een medewerker die zich niet laat bijsturen en die geen inzicht heeft in het effect dat zijn eigen handelen op anderen heeft. Appellant lijkt niet te begrijpen dat zijn manier van doen door collega’s en leidinggevenden als bedreigend wordt ervaren. Het college heeft veel geïnvesteerd in de begeleiding van appellant maar dat heeft geen resultaat gehad. De rechtbank is dan ook van oordeel dat het college na de terugval in 2012 in redelijkheid heeft mogen concluderen dat verdere begeleiding geen zin had omdat alle pogingen daartoe in de loop der jaren op niets waren uitgelopen.