ECLI:NL:CRVB:2016:4657
Centrale Raad van Beroep
- Tussenuitspraak bestuurlijke lus
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over afwijzing bijstandsaanvraag voor dak- en thuisloze met betrekking tot ingangsdatum bijstand
In deze tussenuitspraak van de Centrale Raad van Beroep, gedateerd 29 november 2016, wordt de afwijzing van een bijstandsaanvraag van een appellant die in een dak- en thuisloze situatie verkeert, beoordeeld. De appellant ontving eerder bijstand op basis van de Wet werk en bijstand (WWB), maar deze werd beëindigd omdat hij niet meer woonachtig was op het geregistreerde adres. De appellant heeft vervolgens een aanvraag ingediend voor bijstand met terugwerkende kracht, maar het college van burgemeester en wethouders van Enschede heeft deze aanvraag afgewezen, met als argument dat de appellant niet woonachtig was op het opgegeven adres en daardoor de inlichtingenverplichting had geschonden.
De rechtbank Overijssel heeft in een eerdere uitspraak geoordeeld dat de afwijzing van de bijstandsaanvraag op onjuiste gronden was gebaseerd, en het college opgedragen om opnieuw te beslissen. In de bestreden uitspraak heeft het college echter opnieuw de aanvragen afgewezen, met de stelling dat de appellant sinds een bepaalde datum een vaste verblijfplaats had en daarom niet als dakloze kon worden aangemerkt.
De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het college niet zorgvuldig heeft gehandeld door niet te onderzoeken of er bijzondere omstandigheden waren die rechtvaardigden dat de bijstand met terugwerkende kracht verleend zou moeten worden. De Raad concludeert dat het bestreden besluit niet in stand kan blijven en draagt het college op om binnen zes weken de gebreken in het besluit te herstellen, met inachtneming van de overwegingen in deze uitspraak.