ECLI:NL:CRVB:2016:4021
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijstandsverlening wegens onjuiste opgave verblijfplaats door dakloze aanvrager
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 25 oktober 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Amsterdam. De appellant, die zich op 2 april 2014 meldde voor bijstandsverlening op basis van de Wet werk en bijstand, had aangegeven dakloos te zijn en bij vrienden te verblijven. De aanvraag werd echter afgewezen omdat appellant onvolledige informatie had verstrekt over zijn feitelijke verblijfplaats. De gemeente Amsterdam had een onderzoek ingesteld naar de woon- en leefsituatie van appellant, waarbij bleek dat hij niet op de opgegeven adressen was aangetroffen. De rechtbank had het beroep van appellant tegen de afwijzing ongegrond verklaard, waarop appellant in hoger beroep ging.
De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat appellant niet voldoende duidelijkheid had verschaft over zijn verblijfplaats, wat essentieel is voor het vaststellen van het recht op bijstand. De Raad benadrukte dat aanvragers van bijstand de verplichting hebben om controleerbare gegevens te verstrekken over hun verblijfplaats, vooral als zij dakloos zijn. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en stelde vast dat het college van burgemeester en wethouders terecht had besloten de aanvraag af te wijzen. De Raad concludeerde dat het hoger beroep van appellant niet slaagde en dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.