ECLI:NL:CRVB:2016:3614
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Toekenning en overgang naar LFNP-functie in het bestuursrecht met betrekking tot de politie
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 29 september 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam. De appellant, werkzaam als hoofdmedewerker basispolitiezorg, heeft hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van de korpschef van politie om hem over te plaatsen naar een LFNP-functie. De Raad oordeelt dat de appellant niet aannemelijk heeft gemaakt dat de matching van zijn functie niet overeenkomstig de Regeling is geschied. De Raad wijst erop dat de enkele stelling van de appellant dat een andere uitkomst, namelijk indeling in een gezagvoerdersfunctie, ook verdedigbaar zou zijn, niet voldoende is om de beslissing van de korpschef te weerleggen. De Raad bevestigt dat de keuze voor het domein Uitvoering, waarin de appellant is ingedeeld, goed gemotiveerd is en dat er geen aanleiding is voor een dubbele match. De Raad verwerpt ook het betoog van de appellant dat de korpschef ondeugdelijk heeft gemotiveerd door de bijlage bij de Regeling als een algemeen verbindend voorschrift op te vatten. De Raad concludeert dat het hoger beroep niet slaagt en bevestigt de aangevallen uitspraak.