Uitspraak
23 juni 2015, 14/8063 (aangevallen uitspraak)
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam, waarin het beroep van betrokkene gegrond werd verklaard en het bestreden besluit werd vernietigd. Betrokkene, werkzaam bij de gemeente Rotterdam, werd beschuldigd van plichtsverzuim door goederen weg te nemen die aan de gemeente toebehoren. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat betrokkene zich schuldig heeft gemaakt aan het wegnemen van deze goederen, waaronder boeken en cd's, en dat hij op de hoogte was van het verbod hierop. De Raad stelt vast dat het beleid van de gemeente duidelijk was en dat betrokkene meerdere waarschuwingen heeft ontvangen. De opgelegde disciplinaire maatregel van ontslag wordt niet onevenredig geacht. De Raad vernietigt de uitspraak van de rechtbank voor zover deze zelf in de zaak heeft voorzien en draagt het college op een nieuw besluit op het bezwaar te nemen, met inachtneming van de uitspraak van de Raad.