ECLI:NL:CRVB:2016:3436

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
15 september 2016
Publicatiedatum
15 september 2016
Zaaknummer
14/5324 WSFBSR-R
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rectificatie van eerdere uitspraak inzake griffierecht door de Centrale Raad van Beroep

Op 14 september 2016 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende een rectificatie van een eerdere uitspraak van 1 juni 2016. In deze eerdere uitspraak, genummerd 14/5324 WSFBSF en 14/6108 WSFBSF, was een onjuiste bepaling opgenomen die stelde dat er een griffierecht van € 493,- door de minister geheven zou worden. De Raad heeft vastgesteld dat deze bepaling onjuist was en heeft partijen in de gelegenheid gesteld om schriftelijk te reageren op de voorgenomen rectificatie. Dit is bij brief van 19 juli 2016 aan de betrokken partijen meegedeeld. Aangezien er geen reacties zijn ontvangen binnen de gestelde termijn van vier weken, ging de Raad ervan uit dat er geen bezwaren waren tegen de rectificatie.

In de uitspraak van 14 september 2016 heeft de Centrale Raad van Beroep de onjuiste bepaling uit de eerdere uitspraak verwijderd. De rectificatie werd gedaan door de voorzitter H.J. de Mooij, met de leden J. Brand en J.P.A. Boersma, en in aanwezigheid van griffier R.L. Rijnen. De beslissing is openbaar uitgesproken op dezelfde datum. Deze rectificatie is van belang voor de rechtszekerheid en de correcte toepassing van het griffierecht in deze zaak.

Uitspraak

14/5324 WSFBFS-R en 14/6108 WSFBSF-R
Datum uitspraak: 14 september 2016
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de Raad van 1 juni 2016, 14/5324 WSFBSF en 14/6108 WSFBSF
Partijen:
[Appellant] te [woonplaats] (appellant)
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (minister)
PROCESVERLOOP
De Raad heeft vastgesteld dat in de beslissing van de uitspraak van 1 juni 2016,
14/5324 WSFBSF + 14/6108 WSFBSF een onjuiste bepaling staat vermeld.
De Raad heeft daarin aanleiding gezien partijen in de gelegenheid te stellen zich schriftelijk uit te laten over een rectificatie van de uitspraak. Dit is bij brief van 19 juli 2016 aan partijen meegedeeld.
Partijen hebben niet gereageerd binnen de in de brief van 19 juli 2016 gestelde termijn van vier weken, in verband waarmee de Raad, naar in die brief is aangekondigd, ervan uitgaat dat bij partijen geen bezwaren bestaan tegen de voorgenomen rectificatie.

OVERWEGINGEN

In de beslissing van de uitspraak van 1 juni 2016, 14/5324 WSFBSF + 14/6108 WSFBSF is ten onrechte de volgende bepaling opgenomen:
- Bepaalt dat van de minister een griffierecht wordt geheven van € 493,-;
Deze bepaling in de beslissing is onjuist en dient te worden verwijderd. In de gerectificeerde uitspraak is deze bepaling dan ook verwijderd.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep rectificeert de uitspraak 14/5324 WSFBSF + 14/6108 WSFBSF als in de overwegingen is weergegeven.
Deze uitspraak is gedaan door H.J. de Mooij als voorzitter en J. Brand en J.P.A. Boersma als leden, in tegenwoordigheid van R.L. Rijnen als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 14 september 2016.
(getekend) H.J. de Mooij
(getekend) R.L. Rijnen

UM