Uitspraak
31 december 2013, 13/1806 (aangevallen uitspraak)
OVERWEGINGEN
ZW-aanspraken van appellante per 17 oktober 2011 zijn beëindigd. In lijn met wat is overwogen in ECLI:NL:CRVB:2009:BH4979 heeft appellante redelijkerwijs kunnen begrijpen dat haar recht op ZW-uitkering per 17 oktober 2011 zou worden beëindigd. Daartoe wordt van belang geacht dat namens het Uwv aan appellante op 30 september 2011 schriftelijk kenbaar is gemaakt dat zij per 17 oktober 2011 hersteld wordt geacht, dat zij vanaf die datum geen ZW-uitkering heeft ontvangen maar op grond van haar aanvraag daartoe een uitkering op grond van de Werkloosheidswet en dat zij tot haar nieuwe ziekmelding op
20 juni 2012 niet op de beëindiging van de ZW-uitkering geeft gereageerd.
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep gegrond en vernietigt het besluit van 19 februari 2013;
- bepaalt dat de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand blijven;
- veroordeelt het Uwv in de kosten van appellante tot een bedrag van € 3.422,-
- bepaalt dat het Uwv aan appellante het in beroep en in hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal € 166,- vergoedt.
A.T. de Kwaasteniet als leden, in tegenwoordigheid van M.S.E.S. Umans als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 14 september 2016.