ECLI:NL:CRVB:2016:3153
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing bijstandsaanvraag wegens onvoldoende inlichtingen over financiële situatie
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 23 augustus 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de afwijzing van een bijstandsaanvraag door het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam. Appellant, die samen met zijn echtgenote bijstand op basis van de Wet werk en bijstand (WWB) had aangevraagd, heeft onvoldoende inlichtingen verstrekt over zijn financiële situatie. De Raad heeft vastgesteld dat appellant niet volledig heeft gereageerd op verzoeken om aanvullende informatie, waaronder bewijs van schulden en verklaringen over stortingen op zijn bankrekening. Het college heeft de aanvraag afgewezen op basis van het feit dat appellant niet heeft aangetoond dat hij recht had op bijstand, omdat hij niet de benodigde gegevens heeft verstrekt om zijn financiële situatie te verduidelijken. De rechtbank Rotterdam had het beroep van appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, en de Centrale Raad van Beroep heeft deze uitspraak bevestigd. De Raad benadrukt dat het aan de aanvrager is om de feiten en omstandigheden aannemelijk te maken die nopen tot inwilliging van de aanvraag. In dit geval heeft appellant niet voldaan aan zijn inlichtingenverplichting, waardoor het recht op bijstand niet kon worden vastgesteld. De uitspraak van de rechtbank is derhalve bevestigd, en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.