ECLI:NL:CRVB:2016:2301
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Toekenning van en overgang naar LFNP-functie en toepassing van de hardheidsclausule
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 juni 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De zaak betreft de toekenning van en overgang naar een LFNP-functie voor twee betrokkenen, die werkzaam waren in de voormalige politieregio's. De korpschef had besluiten genomen over de uitgangspositie van de betrokkenen voor hun toekomstige LFNP-functies, maar deze besluiten werden door de rechtbank vernietigd. De rechtbank oordeelde dat de motivering van de korpschef onvoldoende was, met name met betrekking tot de toepassing van de hardheidsclausule. De Raad heeft echter geoordeeld dat de motivering van de korpschef wel degelijk toereikend was en dat de hardheidsclausule niet van toepassing was. De Raad heeft vastgesteld dat de door de betrokkenen aangevoerde omstandigheden voortvloeien uit de geldende regelgeving en dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die een afwijking van de systematiek rechtvaardigen. De Raad heeft het hoger beroep van de korpschef gegrond verklaard en het hoger beroep van betrokkene 1 ongegrond verklaard. De aangevallen uitspraak is vernietigd en de beroepen zijn ongegrond verklaard.