ECLI:NL:CRVB:2016:1835
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.H.M. Roelofs
- W.F. Claessens
- J.L. Boxum
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering van bijstandsuitkering op basis van verzwegen vermogen en ongerechtvaardigd onderscheid
In deze zaak gaat het om de intrekking en terugvordering van bijstandsuitkeringen aan appellanten, die vanaf 7 april 2003 bijstand ontvingen op basis van de Wet werk en bijstand (WWB). De Sociale verzekeringsbank (Svb) heeft de bijstandsverlening overgenomen van de gemeente Den Haag en heeft op basis van informatie over een vermeend vermogen in Turkije een onderzoek ingesteld. Appellanten hebben in 2013 aan de Svb doorgegeven dat zij tijdelijk naar Turkije zouden gaan en dat zij daar een eigen woning zouden hebben. Dit leidde tot een onderzoek naar hun vermogen, waarbij de Svb hen verzocht om taxatierapporten en paspoortkopieën. De Svb heeft uiteindelijk de bijstandsverlening met terugwerkende kracht ingetrokken, omdat appellanten niet tijdig op de verzoeken hebben gereageerd en er vermoedens waren van verzwegen vermogen.
De rechtbank heeft het beroep van appellanten tegen deze intrekking ongegrond verklaard. In hoger beroep hebben appellanten aangevoerd dat de Svb hen op basis van etniciteit heeft geselecteerd voor het onderzoek, wat zou neerkomen op ongerechtvaardigd onderscheid. De Raad voor de Rechtspraak heeft deze beroepsgrond verworpen, omdat de Svb niet op basis van etniciteit, maar op basis van concrete informatie een onderzoek heeft ingesteld. Ook de stelling dat de wijze van onderzoek in strijd is met het recht op privacy werd verworpen, omdat de Svb geen extern bureau heeft ingeschakeld, maar gebruik heeft gemaakt van medewerkers van de Nederlandse ambassade in Turkije.
De Raad concludeert dat appellanten hun wettelijke inlichtingenverplichting hebben geschonden door geen melding te maken van hun vermogen in Turkije. Hierdoor kon niet worden vastgesteld of zij recht hadden op bijstand. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond.