In deze zaak gaat het om de indeling van de functie Buitendienstinspecteur/BOA bij de gemeente Amsterdam in functiecategorie 2, en de afwijzing van appellant voor de functie van Buitendienstinspecteur/KWO. Appellant, die werkzaam was als Buitendienstinspecteur/BOA, heeft hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, die hem had afgewezen voor de nieuwe functie op basis van een reorganisatieplan. De Centrale Raad van Beroep heeft op 24 maart 2016 uitspraak gedaan. De Raad oordeelt dat het college op goede gronden heeft besloten om appellant af te wijzen voor de functie van Buitendienstinspecteur/KWO. De indeling in functiecategorie 2 is gerechtvaardigd, omdat de functie van Buitendienstinspecteur/BOA wezenlijk is gewijzigd. De Raad heeft vastgesteld dat de selectieprocedure zorgvuldig is verlopen en dat het college zich terecht heeft gebaseerd op het advies van de selectieadviescommissie. De Raad vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank, verklaart het beroep van appellant gegrond, maar laat de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand. Tevens wordt het college veroordeeld in de proceskosten van appellant.