ECLI:NL:CRVB:2015:555
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Intrekking van bijstand en afwijzing bijstandsaanvraag in verband met vermogen in safeloket
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 24 februari 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de intrekking van bijstand en de afwijzing van een bijstandsaanvraag van betrokkene, die sinds 21 juli 1989 gehuwd is. Betrokkene had bijstand aangevraagd na het vertrek van haar echtgenoot naar Curaçao. De bijstand werd aanvankelijk toegekend, maar na de terugkeer van haar echtgenoot werd de bijstand beëindigd. Betrokkene had een safeloket gehuurd bij de Rabobank, waarvan de inhoud ter discussie stond. De Raad oordeelde dat betrokkene over het safeloket en de inhoud daarvan kon beschikken, en dat het vermogen daarin tot haar vermogen moest worden gerekend. Dit leidde tot de conclusie dat de intrekking van de bijstand en de afwijzing van de bijstandsaanvraag terecht waren. De Raad vernietigde de eerdere uitspraak van de rechtbank, die had geoordeeld dat niet aannemelijk was dat de auto en de inhoud van het safeloket tot het vermogen van betrokkene behoorden. De Raad benadrukte dat het aan het bijstandverlenend orgaan is om de nodige kennis over relevante feiten te vergaren en dat de betrokkene haar inlichtingenverplichting had geschonden. De Raad verklaarde de beroepen tegen de besluiten van het college ongegrond.