ECLI:NL:CRVB:2015:505
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bepaling buitenlandbijdrage Zorgverzekeringswet en bijdrageplicht van appellant woonachtig in Spanje
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 4 februari 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De appellant, woonachtig in Spanje, was een buitenlandbijdrage verschuldigd op basis van de Zorgverzekeringswet (Zvw) voor zorgkosten die ten laste van Nederland kwamen. De appellant had bezwaar gemaakt tegen de definitieve jaarafrekening van het Zorginstituut Nederland over 2006, waarin de buitenlandbijdrage was vastgesteld op € 695,05. De rechtbank had het beroep van de appellant ongegrond verklaard, waarbij werd vastgesteld dat de appellant verdragsgerechtigd en bijdrageplichtig was. De Raad heeft het hoger beroep van de appellant behandeld, waarbij hij aanvoerde dat hij financiële problemen had en slechts een deel van de jaarafrekening kon betalen. De Raad oordeelde dat de regels van de Zorgverzekeringswet dwingendrechtelijk zijn en dat het Zorginstituut geen mogelijkheid heeft om de bijdrage te matigen of kwijt te schelden op basis van redelijkheid en billijkheid. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarbij werd vastgesteld dat de appellant niet was ingeschreven bij de verzekeringsinstelling in Spanje, maar dit niet afdeed aan zijn bijdrageplicht. De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.