ECLI:NL:CRVB:2015:42
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van invaliditeitspensioen voor beroepsmilitair met PTSS
In deze zaak gaat het om de vaststelling van het invaliditeitspensioen van een beroepsmilitair die lijdt aan post-traumatische stressstoornis (PTSS). De appellant, die van augustus 1994 tot februari 1995 in voormalig Joegoslavië was uitgezonden, heeft in 2009 een invaliditeitspensioen aangevraagd. De verzekeringsarts heeft zijn invaliditeit vastgesteld op 15%, maar de rechtbank heeft dit percentage verhoogd naar 17,9% en de minister heeft later een herberekening gedaan naar 20%. De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de rapportage van de verzekeringsarts voldoende onderbouwd is. De Raad stelt dat de appellant geen medische gegevens heeft ingediend die de inschatting van de verzekeringsarts in twijfel trekken. De Raad wijst erop dat de beoordeling van de invaliditeit medische deskundigheid vereist en dat de keuzes van de verzekeringsarts voldoende zijn gemotiveerd. De Raad concludeert dat de aangevallen uitspraak voor bevestiging in aanmerking komt en verklaart het beroep tegen het besluit van 4 december 2012 ongegrond. De uitspraak is gedaan op 15 januari 2015.