ECLI:NL:CRVB:2015:3454
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Stopzetting bezoldiging en ontslag wegens niet-nakoming re-integratieverplichtingen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 8 oktober 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Rotterdam. Appellante, werkzaam bij de Dienst Justitiële Inrichtingen, had zich op 11 juli 2013 ziek gemeld. De bedrijfsarts adviseerde haar om aangepast werk te verrichten, maar appellante voldeed niet aan de dienstopdrachten om te verschijnen voor gesprekken met haar leidinggevende. Dit leidde tot de stopzetting van haar bezoldiging per 31 juli 2013 en uiteindelijk tot ontslag op 24 september 2013 wegens ernstig plichtsverzuim. Appellante stelde dat zij ziek was en niet in staat om te werken, maar de Raad oordeelde dat de minister de adviezen van de bedrijfsarts mocht volgen. De Raad concludeerde dat appellante herhaaldelijk zonder geldige reden niet op de oproepen was verschenen en dat de minister op goede gronden de bezoldiging had stopgezet en ontslag had verleend. Het hoger beroep van appellante werd ongegrond verklaard en de eerdere uitspraak werd bevestigd.