Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van wettelijke rente af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, waarin de rechtbank het beroep van appellant ongegrond heeft verklaard. Appellant, die sinds 2008 met nekklachten als gevolg van een verkeersongeval uitgevallen is voor zijn werk, heeft in 2010 een aanvraag ingediend voor een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA). Het Uwv heeft appellant een loongerelateerde WGA-uitkering toegekend, die later is omgezet in een WGA-vervolguitkering. Appellant heeft bezwaar gemaakt tegen deze besluiten, maar het Uwv heeft deze ongegrond verklaard. De rechtbank heeft geoordeeld dat het medisch onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd en dat de beperkingen van appellant correct zijn vastgesteld.
In hoger beroep heeft appellant betoogd dat zijn beperkingen niet juist zijn vastgesteld, met name in verband met psychische klachten en een energetische beperking. Hij heeft verzocht om een deskundige in te schakelen en om vergoeding van wettelijke rente. Het Uwv heeft het standpunt van de verzekeringsarts verdedigd en geen aanleiding gezien om het eerdere besluit te wijzigen. De Raad heeft de argumenten van appellant beoordeeld en geconcludeerd dat er geen medische onderbouwing is voor een grotere urenbeperking dan de door het Uwv vastgestelde. De Raad heeft de aangevallen uitspraak bevestigd en het verzoek om vergoeding van wettelijke rente afgewezen.