ECLI:NL:CRVB:2015:2627
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verkoop van goederen via internet door bijstandsontvanger en de gevolgen voor bijstandsrecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 4 augustus 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De appellant, die bijstand ontving op basis van de Wet werk en bijstand (WWB), had goederen, in dit geval boeken, verkocht via internet. Het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden had de opbrengsten van deze verkopen aangemerkt als inkomsten, wat leidde tot een verlaging van de bijstandsuitkering. De rechtbank had in een eerdere uitspraak geoordeeld dat de verkoop van de boeken niet als incidenteel kon worden aangemerkt, gezien het aantal verkochte boeken en de totale opbrengst. De Raad bevestigde deze uitspraak en oordeelde dat het voor bijstandsontvangers niet verboden is om goederen te verkopen, mits zij de verdiensten tijdig melden. Echter, in dit geval was de verkoop niet incidenteel, aangezien de appellant in de beoordelingsperiode 39 boeken had verkocht en een bedrag van € 813,49 had ontvangen. De Raad concludeerde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat de opbrengsten als inkomsten moesten worden aangemerkt en dat de appellant geen uitzonderingen kon aanvoeren die de verkoop als incidenteel zouden kwalificeren. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken.