ECLI:NL:CRVB:2015:2015
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- G.A.J. van den Hurk
- A.I. van der Kris
- R.P.T. Elshoff
- Rechtspraak.nl
Beëindiging en terugvordering van WAO-uitkering na herbeoordeling arbeidsongeschiktheid
In deze zaak gaat het om de beëindiging en terugvordering van een WAO-uitkering van betrokkene door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Betrokkene had zich in 2002 ziek gemeld met psychische klachten en ontving vanaf 2003 een WAO-uitkering. Na een herbeoordeling in 2011 concludeerde het Uwv dat betrokkene met ingang van 17 september 2009 arbeidsgeschikt was, wat leidde tot schorsing van de uitkering en terugvordering van eerder betaalde bedragen. Betrokkene ging hiertegen in beroep, waarbij zij stelde dat de diagnoses van de verzekeringsartsen onjuist waren. De rechtbank Midden-Nederland oordeelde dat de deskundige, psychiater R.J.H. Winter, de situatie van betrokkene correct had beoordeeld en dat er sprake was van een gecombineerde stoornis. De rechtbank vernietigde het besluit van het Uwv en oordeelde dat betrokkene recht had op de WAO-uitkering. In hoger beroep bevestigde de Centrale Raad van Beroep deze uitspraak, oordelend dat het Uwv niet voldoende had aangetoond dat betrokkene minder dan 15% arbeidsongeschikt was. De Raad benadrukte het belang van het oordeel van de onafhankelijke deskundige en oordeelde dat het onderzoek zorgvuldig was uitgevoerd. De Raad veroordeelde het Uwv tot betaling van proceskosten aan betrokkene.