ECLI:NL:CRVB:2015:1620
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.F. Bandringa
- C.H. Rombouts
- M. ter Brugge
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van aanvragen voor bijzondere bijstand voor kosten van woninginrichting
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 26 mei 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Noord-Holland. De appellant, die sinds 26 april 2010 bijstand ontvangt op basis van de Wet werk en bijstand (WWB), had in december 2012 bijzondere bijstand aangevraagd voor de kosten van de inrichting van zijn nieuwe woning. Deze aanvraag werd afgewezen door het college van burgemeester en wethouders van Alkmaar, omdat de appellant volgens het college al sinds 2006 had kunnen voorzien dat hij kosten voor verhuizing en inrichting zou moeten maken. De rechtbank heeft het beroep van de appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, waarna de appellant in hoger beroep ging.
De Raad heeft vastgesteld dat de appellant in een kleine woning woonde die niet geschikt was voor het logeren van zijn dochter en dat hij ook geen onderdak kon bieden aan zijn vrouw en kind uit Sri Lanka. De Raad oordeelde dat de appellant had kunnen reserveren voor de kosten van de verhuizing en inrichting, en dat de omstandigheid dat hij zijn gezin in Sri Lanka onderhoudt, niet als bijzondere omstandigheid kan worden aangemerkt voor het verlenen van bijzondere bijstand. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de appellant niet aannemelijk had gemaakt dat hij niet in staat was om de kosten van de inrichting van de kinderkamer te voldoen door middel van gespreide betaling of door het aanvragen van een lening.
De uitspraak benadrukt dat bij de beoordeling van aanvragen voor bijzondere bijstand gekeken moet worden naar de mogelijkheid van de aanvrager om te reserveren voor noodzakelijke kosten en dat morele of juridische verplichtingen om anderen te ondersteunen niet automatisch leiden tot recht op bijzondere bijstand. De Raad concludeerde dat het hoger beroep van de appellant niet slaagde en bevestigde de aangevallen uitspraak zonder veroordeling in de proceskosten.