ECLI:NL:CRVB:2015:1424
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ontslag van ambtenaar wegens ongeschiktheid, niet op basis van ziels- of lichaamsgebreken
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan op de hoger beroepen van een appellant tegen de uitspraken van de rechtbank Den Haag. De appellant, werkzaam bij het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), was ontslagen wegens ongeschiktheid voor zijn functie als statistisch onderzoeker. De Raad beoordeelt de rechtmatigheid van de beoordelingen die aan het ontslag ten grondslag lagen. De appellant had gedurende zijn dienstverband meerdere negatieve beoordelingen ontvangen, waarbij zijn functioneren niet voldeed aan de eisen van zijn functie. Ondanks intensieve begeleiding en meerdere voortgangsgesprekken, verbeterde zijn functioneren niet. De Raad bevestigt dat de directeur-generaal van het CBS terecht heeft geconcludeerd dat de appellant niet in staat was om zijn functie naar behoren uit te oefenen. De rechtbank had eerder de beroepen van de appellant ongegrond verklaard, en de Raad komt tot dezelfde conclusie. De Raad oordeelt dat de beoordeling van de appellant voldoende onderbouwd was met concrete feiten en dat de directeur-generaal in redelijkheid tot ontslag heeft kunnen besluiten. De Raad bevestigt de aangevallen uitspraken van de rechtbank.